Plaats uw geheugenkaart alleen in de printer op de manier die in de tabel wordt getoond (zie Gebruikershandleiding - voor gebruik zonder computer -), want anders kunnen de printer en/of de kaart beschadigd raken. Als u de kaart op de verkeerde manier in de printer steekt, krijgt u een foutmelding. Verwijder de geheugenkaart en plaats deze nu op de juiste manier in de printer.
U kunt maar één geheugenkaart tegelijk plaatsen. Een reeds in het apparaat aanwezige geheugenkaart moet u eerst verwijderen voordat u een andere kaart plaatst.
Raak de geheugenkaart niet aan. Zo beschermt u de kaart tegen statische elektriciteit. Als u de kaart in het apparaat aanraakt, kan een storing optreden.
Als een digitale camera op de printer is aangesloten, moet u de camera loskoppelen voordat u een geheugenkaart in de printer plaatst.
Wanneer het kaartlampje knippert, mag u de geheugenkaart niet verwijderen. Als u dit wel doet, kunnen gegevens verloren gaan.
Druk niet op de knop rechts van de onderste kaartsleuf wanneer u een CompactFlash-kaart plaatst, want anders kunt u de kaart niet verwijderen.
Als de CompactFlash-kaart niet wordt herkend, moet u de kaart verwijderen en opnieuw plaatsen.