EPSON
Startpagina > Woordenlijst

Woordenlijst

ASCII
American Standard Code for Information Interchange. Een standaardcoderingssysteem voor het toewijzen van numerieke codes aan letters en symbolen.
automatische regeldoorvoer
Als deze instelling is geselecteerd in de standaardinstellingen, wordt elke code voor regelterugloop (CR) automatisch gevolgd door een code voor regeldoorvoer (LF).
bidirectioneel afdrukken
Bij deze afdrukinstelling drukt de printerkop in beide richtingen af (bidirectioneel). Hierdoor neemt de afdruksnelheid toe, maar de verticale uitlijning wordt minder nauwkeurig. Bidirectioneel afdrukken is de standaard afdrukinstelling van deze printer.
buffer
Het gedeelte van het printergeheugen dat wordt gebruikt om gegevens op te slaan voordat ze worden afgedrukt.
tekentabel
Een verzameling letters, cijfers en symbolen die de tekenset vormen die in een bepaalde taal wordt gebruikt.
tekens per inch (cpi)
Een maateenheid voor de grootte van teksttekens.
kettingpapier
Papier met gaatjes aan beide zijden met perforaties tussen de pagina's dat in de vorm van een opgevouwen stapel wordt geleverd. Wordt ook wel fanfold genoemd.
besturingscode
Een speciale code die wordt gebruikt om een printerfunctie aan te sturen, zoals de regelterugloop of regeldoorvoer.
cpi
Een maateenheid voor de grootte van teksttekens.
gegevensdump
Een methode voor probleemoplossing die de oorzaak van communicatieproblemen tussen de printer en de computer helpt opsporen. Als de printer in de hexadecimale dumpmodus staat, drukt deze elke code die wordt ontvangen af in de hexadecimale notatie en als ASCII-tekens. Wordt ook wel gegevensdump genoemd.
standaard
Een waarde die van kracht is wanneer de apparatuur wordt ingeschakeld, opnieuw wordt ingesteld of wordt geïnitialiseerd.
rasteren
Een manier om punten op een pagina te plaatsen om een tint of toon te simuleren.
dot matrix
Een afdrukmethode waarbij elke letter en elk symbool wordt gevormd door een patroon (matrix) van punten (dots).
concept
De afdrukmodus die door de printer wordt gebruikt als u Draft (Concept) selecteert als lettertype. Het lettertype Draft gebruikt minder punten per teken en drukt daardoor sneller af.
driver
Een softwareprogramma dat opdrachten vanaf de computer verstuurt, zodat de functies van een bepaalde printer kunnen worden gebruikt.
ESC/P®
Afkorting van EPSON Standard Code for Printers. Dit is het systeem van opdrachten dat uw computer gebruikt om de printer aan te sturen. Dit is de standaard voor alle EPSON-printers die wordt ondersteund door de meeste toepassingen voor personal computers.
ESC/P 2
De geavanceerde versie van de ESC/P-printeropdrachttaal. Opdrachten in deze taal leveren een laserprinterachtig resultaat op, zoals schaalbare lettertypen en verbeterde afbeeldingen.
fanfold
Papier met gaatjes aan beide zijden dat tussen de pagina's is geperforeerd en dat in de vorm van een opgevouwen stapel wordt geleverd. Wordt ook wel fanfold genoemd.
lettertype
Een tekenstijl die wordt aangeduid met een naam, zoals Roman of Sans Serif.
FF (form feed, formulierdoorvoer)
Een besturingscode en knop op het bedieningspaneel die het papier doorvoert naar de bovenkant van het eerstvolgende formulier.
hexadecimale dump
Een methode voor probleemoplossing die de oorzaak van communicatieproblemen tussen de printer en de computer helpt opsporen. Als de printer in de hexadecimale dumpmodus staat, drukt deze elke code die wordt ontvangen af in de hexadecimale notatie en als ASCII-tekens. Wordt ook wel gegevensdump genoemd.
snel concept
Een modus voor conceptafdrukken die u kunt selecteren in de modus Standaardinstellingen. Voor een snel concept wordt een minimumaantal punten per teken gebruikt, zodat een zeer hoge afdruksnelheid kan worden gehaald.
interface
De verbinding tussen de computer en de printer die wordt gebruikt om de gegevens die moeten worden afgedrukt naar de printer te verzenden.
letterkwaliteit (LQ)
De afdrukmodus die door de printer wordt gebruikt als een ander lettertype dan Draft is geselecteerd. Afdrukken met lettertypen van letterkwaliteit levert een mooier en beter leesbaar resultaat op bij een lagere afdruksnelheid.
LF (line feed, regeldoorvoer)
Een besturingscode en knop op het bedieningspaneel die het papier één regel doorvoert.
laadpositie
De positie waarnaar het papier automatisch wordt geladen.
plaat
Het vlakke, zwarte onderdeel dat tijdens het afdrukken fungeert als achterblad voor het papier.
afdrukbaar gebied
Het gedeelte van een pagina waarop de printer kan afdrukken. Vanwege de marges is dit kleiner dan de fysieke grootte van de pagina.
printerdriver
Een softwareprogramma dat opdrachten vanaf de computer verstuurt, zodat de functies van een bepaalde printer kunnen worden gebruikt.
opnieuw instellen
De standaardinstellingen van de printer herstellen.
resolutie
Een maateenheid voor de hoeveelheid detail die kan worden weergegeven. De resolutie van gedrukte afbeeldingen wordt gemeten in het aantal dots per inch (dpi).
zelftest
Een methode om de werking van de printer te controleren. Als u de zelftest uitvoert, drukt de printer de tekens af die zijn opgeslagen in het ROM (Read Only Memory).
afscheuren (tear off)
Een knop op het bedieningspaneel die de perforatie van kettingpapier automatisch doorvoert naar de afscheurpositie en het papier vervolgens terugvoert naar de bovenkant van het formulier.
afscheurpositie
De positie waarnaar de printer het papier doorvoert als de modus voor automatisch afscheuren is ingeschakeld. Met de functie Nauwkeurig aanpassen kunt u deze positie aanpassen, zodat de perforatie van het papier samenvalt met de afscheurrand van de printer.
bovenkant van formulier
De positie op het papier die de printer herkent als de eerste afdrukbare regel. Dit is de standaardpositie voor de bovenmarge.
unidirectioneel afdrukken
Bij deze afdrukinstelling drukt de printerkop in slechts één richting af. Unidirectioneel afdrukken is handig voor het afdrukken van afbeeldingen aangezien hierbij een nauwkeurige verticale uitlijning mogelijk is. U kunt deze instelling opgeven bij de optie Afdrukrichting van de printerdriver. U kunt unidirectioneel afdrukken ook selecteren in de modus Standaardinstellingen van de printer.