EPSON

De printer vervoeren

Als u de printer over enige afstand wilt vervoeren, moet u het apparaat zorgvuldig verpakken in de oorspronkelijke doos (of een vergelijkbare doos waar het apparaat precies in past).
Let op:
Zorg er bij opslag of transport van de printer voor dat deze niet gekanteld, verticaal of ondersteboven wordt gehouden. Anders kan er inkt lekken.
Laat de cartridges zitten. Als u de cartridges verwijdert, kan de printkop indrogen, waardoor afdrukken niet meer mogelijk is.
Verwijder alle papier uit de velleninvoer en controleer of de printer uit staat.
Open de scannereenheid en controleer of de printkop in de uitgangspositie (rechts) staat.
Opmerking:
Als de printkop niet in de uitgangspositie (rechts) staat, zet u de printer aan en wacht u totdat de printkop uiterst rechts is geparkeerd. Vervolgens zet u de printer aan.
Zet de cartridgehouder met tape vast tegen de behuizing zoals weergegeven en sluit vervolgens de scannereenheid.
Trek de stekker uit het stopcontact en trek vervolgens de USB-kabel uit de computer.
Sluit de papiersteun, de lade aan de voorzijde en de voorklep.
Druk op de vrijgaveknop aan de achterzijde van het bedieningspaneel en laat vervolgens het bedieningspaneel zakken voor opslagdoeleinden.
Plaats de printer in de oorspronkelijke doos. Gebruik het beschermmateriaal waarin u het apparaat hebt ontvangen.
Houd het apparaat recht tijdens het vervoer. Nadat u de printer hebt verplaatst, verwijdert u het tape waarmee de printkop is vastgezet. Als de afdrukkwaliteit minder goed is geworden, start u de reinigingsprocedure of lijnt u de printkop uit. Zie de handleiding Afdrukken voor meer informatie.