Functies van de printersoftware / Voor Windows-gebruikers
Gebruik de opties onder Meer opties om het totale beschikbare gebied voor de afdruk in te stellen.
U kunt de volgende opties instellen bij Meer opties:
Gecentreerd |
Hiermee wordt uw document afgedrukt op gelijke afstand van alle zijden van het papier, dus precies in het midden. |
Minimaliseer marges |
Hiermee wordt het afdrukgebied onderaan het papier met 11 mm uitgebreid. Daardoor kunt u afdrukken tot 3 mm van de onderrand. |
180° draaien |
Hiermee wordt dichter bij de onderkant van het papier afgedrukt. |
Spiegel afbeelding |
Hiermee wordt een afbeelding in spiegelbeeld afgedrukt. Tekst en afbeeldingen komen dus achterstevoren te staan. |
Met de opties onder Verklein/vergroot document kunt u het afdrukformaat van uw document bepalen.
U kunt kiezen uit de volgende instellingen.
Op papiergrootte (uitvoer) |
Hiermee wordt het document proportioneel vergroot of verkleind zodat het past op het papierformaat dat is geselecteerd in de lijst Op papiergrootte (uitvoer). |
Op percentage |
Hiermee kunt u een afbeelding handmatig vergroten of verkleinen. Klik op de pijlen naast het vak Vergroten en selecteer een percentage tussen 10 en 400. |
Selecteer het aantal exemplaren dat u wilt afdrukken.
U kunt kiezen uit de volgende instellingen.
Omgekeerde volgorde |
Hiermee worden uw documenten in omgekeerde volgorde afgedrukt, dus de laatste pagina eerst. |
Sorteren |
Hiermee wordt het document per set afgedrukt. |
Bij Meerdere pagina's kunt u de optie Pagina's per vel of Posterafdruk kiezen. Raadpleeg het betreffende gedeelte hierna.
Selecteer op het tabblad Paginalay-out bij Meerdere pagina's de optie Pagina's per vel als u twee of vier pagina's van uw document wilt afdrukken op één vel papier.
U kunt de volgende opties instellen:
2, 4 |
Hiermee worden twee of vier pagina's van uw document afgedrukt op één vel papier. |
Pag. volgorde |
Hiermee opent u het dialoogvenster Afdrukindeling, waarin u kunt opgeven in welke volgorde de pagina's moeten worden afgedrukt. Welke opties beschikbaar zijn, hangt af van de instelling die u op het tabblad Hoofdgroep hebt gekozen bij Afdrukstand. |
Print paginaranden |
Hiermee wordt een kader afgedrukt rond pagina's die op elk vel worden afgedrukt. |
U kunt een afzonderlijke pagina van een document zodanig vergroten dat deze ene pagina 4, 9 of 16 vellen papier beslaat.
Klik op Instellingen om in te stellen hoe de poster moet worden afgedrukt. Het dialoogvenster Posterinstellingen wordt geopend.
U kunt de volgende opties instellen.
Snijlijnen afdrukken |
Schakel dit selectievakje in als u wilt dat snijlijnen worden afgedrukt. |
Overlappende uitlijningstekens |
Hiermee overlappen de beelden elkaar enigszins en worden uitlijningstekens afgedrukt zodat de panelen nauwkeuriger kunnen worden uitgelijnd. |
Trimlijnen |
Hiermee worden op de afbeeldingen dunne lijnen afgedrukt die u als leidraad kunt gebruiken bij het afsnijden van de pagina's. |
Als u niet de volledige poster maar slechts een aantal panelen wilt afdrukken, klikt u op de panelen die u niet wilt afdrukken en klikt u vervolgens op OK om het dialoogvenster Posterinstellingen te sluiten.
Om een watermerk in uw document af te drukken, klikt u op het tabblad Paginalay-out ergens in de keuzelijst Watermerk om deze te openen en selecteert u daarin het gewenste watermerk.
U kunt ook watermerken met uw eigen tekst of afbeeldingen toevoegen aan de lijst Watermerk. Klik op de knop Toev./Verw. om een watermerk toe te voegen. Het volgende dialoogvenster verschijnt.
Raadpleeg een van de onderstaande gedeelten om een watermerk van uw keuze te maken.
Volg de onderstaande instructies om een op beeld gebaseerd watermerk te maken.
![]() | Selecteer BMP. |
![]() | Klik op de knop Bladeren en selecteer het bitmapbestand dat u wilt gebruiken. Klik vervolgens op OK. |
![]() | Typ een naam voor het watermerk in het tekstvak Naam en klik vervolgens op Opslaan (Save). Klik op OK om terug te keren naar het tabblad Lay-out. |
Volg de onderstaande instructies om een op tekst gebaseerd watermerk te maken.
![]() | Selecteer Tekst. |
![]() | Typ de gewenste tekst in het vak Tekst. De tekst die u invoert, wordt ook de naam voor het watermerk. |
![]() | Als u een andere naam wilt gebruiken voor het watermerk, typt u een nieuwe naam in het tekstvak Naam en klikt u op Opslaan (Save). Klik op OK om terug te keren naar het tabblad Paginalay-out. |
Volg de onderstaande stappen om het uiterlijk van een watermerk aan te passen.
![]() | Selecteer een watermerk in de keuzelijst Watermerk. |
![]() | Klik op de knop Instellingen (Settings). Het volgende dialoogvenster verschijnt. |
![]() | Controleer of het juiste watermerk is geselecteerd in de keuzelijst Watermerk en leg vervolgens de gewenste instellingen vast bij Kleur, Positie, Dichtheid, Formaat, Lettertype, Tekenstijl en Hoek. (Zie de online-Help voor meer informatie.) In het schermpje aan de linkerzijde van het dialoogvenster ziet u het effect van de instellingen. |
![]() | Klik op OK als u klaar bent. |
![]() Vorige |
![]() Volgende |