Hoe / Onderhoud

De printkop reinigen

Het hulpprogramma Printkop reinigen gebruiken

Als uw afdrukken opeens vager worden of als er puntjes in de afgedrukte afbeelding ontbreken, kunt u proberen het probleem op te lossen door de printkop te reinigen, zodat de inkt weer op de juiste wijze door de spuitkanaaltjes wordt toegevoerd.

U kunt de printkop vanaf uw computer reinigen met het hulpprogramma Printkop reinigen. Dit hulpprogramma kunt u openen via de printersoftware of via het pictogram op de taakbalk.

Opmerking:
  • Bij het reinigen van de printkop wordt zowel gekleurde als zwarte inkt gebruikt. Om geen inkt te verspillen dient u de printkop alleen te reinigen als de afdrukkwaliteit afneemt, bijvoorbeeld als de afdrukken wazig worden of als de kleuren niet kloppen of ontbreken.
  • Gebruik eerst het hulpprogramma Spuitkanaaltjes controleren om te controleren of de printkop inderdaad moet worden schoongemaakt. Hierdoor bespaart u inkt.
  • Gebruik de hulpprogramma's Printkop reinigen of Spuitkanaaltjes controleren niet terwijl de printer bezig is met afdrukken, omdat het afdrukken dan niet goed verloopt.

Het hulpprogramma Printkop reinigen gebruiken

Opmerking:
Als in de Status Monitor of het venster van de voortgangsbalk een bericht wordt weergegeven dat de cartridges moeten worden vervangen, kunt u de printkop niet reinigen. U moet dan eerst de betreffende cartridge vervangen.

U kunt dit hulpprogramma op twee manieren openen:

Volg de instructies op het scherm nadat het hulpprogramma is geopend. Klik op Spuitkanaaltjespatroon afdrukken in het dialoogvenster Printkop reinigen om te controleren of de kop schoon is en om de reinigingscyclus opnieuw in te stellen.

Opmerking:
De reinigingscyclus duurt ongeveer dertig seconden.

Hieronder ziet u enkele controlepatronen:

De printer werkt normaal

De printkop moet worden schoongemaakt

Als in het controlepatroon segmenten in de testregels ontbreken, herhaalt u de reiniging van de printkop en drukt u het controlepatroon opnieuw af.

Als de afdrukkwaliteit nog steeds niet beter is nadat u deze procedure vier of vijf keer hebt herhaald, haalt u de stekker van de printer uit het stopcontact en laat u de printer een nacht rusten. Daarna voert u de kopreiniging opnieuw uit.

Als de afdrukkwaliteit dan nog niet beter is, zijn een of beide cartridges waarschijnlijk oud of beschadigd en moeten deze worden vervangen. Zie Een lege cartridge vervangen voor informatie over het vervangen van een cartridge.

Neem contact op met uw leverancier als de afdrukkwaliteit nog steeds niet goed is nadat u de cartridges hebt vervangen.

Opmerking:
Om een goede afdrukkwaliteit te behouden, raden we u aan om de printer ten minste een minuut per maand in te schakelen.


[Boven]


Vorige

Volgende